L’empereur de paris

Eerst meester-crimineel, veroordeeld tot een galeistraf, daarna informant bij de Parijse prefectuur en uiteindelijk hoofd van de gerechtelijke politie onder Napoleon: Eugène François Vidocq (1775-1857) is in Frankrijk een legende. De historische grondlegger van de Franse staatsveiligheid inspireerde meerdere cineasten, van Douglas Sirks avontuurlijke biopic A Scandal in Paris (1946), over een kostuumserie met Claude Brasseur in 1971 tot de fantasythriller Vidocq met Gérard Depardieu uit 2001. Het nieuwe L’EMPEREUR DE PARIS komt chronologisch vóór de Depardieuversie. De film beslaat de Napoleontische jaren uit Vidocqs onstuimige leven. Vanuit criminologisch standpunt is dit een interessante periode. In hun strijd tegen banditisme kregen de politiediensten met de komst van Napoleon een zelfstandige positie in het staatsapparaat. Oud-criminelen zoals Vidocq werden als informant ingeschakeld om de bendecriminaliteit te controleren. De gewiekste galeiboef zag zijn kans schoon om zijn persoonlijke macht en invloed in het milieu uit te breiden. In 1811 kreeg de politie ook de opdracht om de binnenlandse politiek te controleren. L’EMPEREUR DE PARIS eindigt met het onderhoud tussen Vidocq en minister Joseph Fouché over de nieuwe staatsveiligheid.

Vidocq, manipulator van de adel of pion van het cynische Napoleontische machtsspel, dat vraagt cineast Jean-François Richet zich af. Na hun geslaagde tweeledige gangsterportret Mesrine (2008) werkt Richet voor deze historische politiefilm opnieuw samen met acteur Vincent Cassel. Voor hen is Vidocq trouwens een soort Mesrine: een onverwoestbare rebel met killerinstinct die de fundamenten van het systeem ondergraaft. De vrij traditionele Gaumont-snit van historische epoquefilm doet hun visie echter geen goed. In bruinrode kleuren, met Cassels gebeeldhouwde gelaat prominent in beeld, en met de vergulde letters van de generiek kreunt de film onder het gewicht van de dure Franse superproductie (22 miljoen euro). Avontuurlijke nevenintriges vertroebelen de maatschappijkritiek. In tegenstelling tot Mesrine raakt L’EMPEREUR DE PARIS het evenwicht tussen historische feiten en mythologisering gaandeweg kwijt.

Vorige

Weird City

Volgende

The Sea of Trees

Laatste van Blog